Publique 05
i n t e r v i e w
S P R E K E R
Veel van jouw thema’s gaan over de toekomst. Val je daarmee in de categorie trendwatchers? De trendwatchers die we in Nederland kennen zijn vaak breder en – niet negatief bedoeld – vager in de onderwer pen waarover ze vertellen. Wat zijn de trendkleuren van volgend jaar en de voorspelling dat craft beer een opmars gaat maken. Ik spreek alleen over de toekomst van gedrag gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek. Sowieso kom ik het begrip trendwatcher internationaal zelden tegen. Welke gedragsveranderingen zijn het meest actueel waarop bedrijven/sectoren op in moeten spelen? Ten eerste de mentale-gezondheidscrisis. Met name sinds we op tweederde van de coronapandemie zaten zijn mentale problemen sterk toegenomen. Wetenschappers spreken ook wel van een polycrisis om de tijd te omschrij ven waarin we nu leven: we verkeren in een permanente crisisstaat. Uit onderzoek blijkt dat Gen Z daar het meest onder lijdt. Wereldwijd zie je de markt hier ook op reageren met men tal health gyms, waar je in plaats van je spieren je mentale weerstand traint, en mental health walk-in shops, zeg maar een soort kapper, maar dan om een gesprek aan te gaan over waar je mee zit. Je kunt zeggen dat het ieders eigen verantwoordelijk heid is om bijvoorbeeld naar een therapeut te gaan, maar bedrijven en overheden hebben hier samen ook een rol in. Ze zullen voor de lange termijn proactief moeten omgaan met de mentale gezondheid van medewerkers, net zoals ze dat nu rondom fysieke gezondheid doen. Tot voor kort had dit onderwerp een negatieve conno tatie, met name bij mannen van mijn leeftijd (47, red). Sowieso zijn organisatoren niet happig op thema’s met het woord crisis erin voor de opening van een congres of een lezing voor de borrel. Mentale gezondheid heeft voor hen te veel zwaarte als onderwerp. Al merk je nu met de instroom van een nieuwe generatie dat bedrijven wel interesse hebben om mentale-gezondheid op de agenda te zetten. Maar waar de afgelopen twee jaar het meest naar wordt gevraagd is AI en gedragsverandering. Hoe moet je er als bedrijf mee omgaan, hoe stimuleer je medewer kers om ermee te experimenteren en wat als AI bepaalde taken overneemt? Superinteressant onderwerp, maar de aandacht ervoor zit wel in een hypefase. Voor wat voor een publiek hou je lezingen? De ruime meerderheid van mijn lezingen zijn voor mensen die hoger in de piramide zitten: de beslissers.
Je tarieven zijn dus hoog. Haha, dat klopt. We zeggen hier vaak: we zijn heel duur, maar ook heel goed. Directies als doelgroep is een bewuste keuze. We willen namelijk impact maken en aanzetten tot nieuw beleid. Dat kan alleen door de besluitvormers te beïnvloeden. Voor verandering moet je de top van de organisatie mee hebben. Het is ook deels zo gegroeid. Als je op dat niveau bezig bent dan krijg je vaak weer nieuwe aanvragen uit dezelfde hoek. Men tipt elkaar toch over sprekers. Daarbij helpt het dat ik inmiddels ook wat ouder ben. Ik word als gelijkwaar dige sparringpartner gezien. En door het hoge tarief daalt de vraag, maar hebben we wel meer tijd om een superlezing op maat te geven en onderzoek te doen naar de specifieke vragen die leven. Je gebruikt ook veel humor in je presenta ties. Dat lijkt ook een grote valkuil, zeker in internationaal gemêleerde gezelschappen. Die humor gebruik ik bewust, gebaseerd op wetenschap. Emoties als lachen, huilen en geschokt zijn laten mensen de boodschap echt voelen en zorgt ervoor dat ze het beter onthouden. De inhoud blijft veel langer hangen. Ik geef de meeste presentaties in de UK, ook omdat daar mijn agent en mentor zit. Er zitten veel multinationals en die willen juist geen Engelse sprekers voor internationale bijeenkomsten met diverse culturen in de zaal omdat die als native speakers te snel praten en hun tongue in cheek humor vaak niet overkomt. Nederlanders, Belgen en sprekers uit een aantal Scandi navische landen zijn het meest gevraagd voor cultureel gemengde groepen. Hun Engels is over het algemeen uitste kend verstaanbaar voor iedereen en ze hebben een vorm van humor die het internationaal goed doet. Sprekers uit die landen zijn misschien onbewust internationaal sensitiever. De enige plek waar ik humor lastig vind in te zetten is in Azië – en dan specifiek als je een groep hebt met alleen mensen uit een Aziatisch land. De humor is anders, de lichaamstaal is anders en er wordt vaak gewerkt met tolken. Overigens heb je het humorprobleem een stuk minder als Aziatische mensen in een internationale setting zitten. Je krijgt dan een soort internationale multiculturele dyna miek waarbij humor wel weer goed werkt. Je stelt op je website dat jouw presentaties interactief zijn. Hoe vul je dat in? Ook hier komt gedragswetenschap aan te pas. Uiterlijk na twintig minuten moet je de toehoorders iets laten doen. De meeste mensen kunnen hun aandacht niet langer dan dat vasthouden. Wat ik vaak doe is mensen even met hun buurman of buurvrouw laten praten over het onderwerp.
Made with FlippingBook - Online magazine maker